
Het is koud, maar zonnig en de zon heeft een lichtgele kleur: napels geel. Waardoor alles er zacht en teer uitziet. Een typische najaarsdag.
Ik ben met de poes een rondje aan het lopen op zoek naar een mooi plekje. Poes zoekt natuurlijk niet mee, maar ze vindt het altijd leuk om mee uit wandelen te gaan. Al is het alleen maar om haar jachtgebied te vergroten. Ze huppelt al door de kerktuin op zoek naar interessante geurtjes, rent over de schelpenpaden en wordt meteen aangesproken door een tuinierende vrijwilliger. ‘Hé poes’.
Omdat de tuinploeg bezig is, blijf ik buiten de tuin en loop door. Dan valt mijn oog op het altijd prachtige huis aan het einde van het knikkerpad. Het staat precies in de zachte zon, waardoor het wit van de kozijnen enorm opvalt. En dat wit is nu dus zachtgeel. Toevallig is dat ook de kleur van de kerk, dus ik begin thuis met de hele bladzijde ‘napels geel’ te maken. Dat kan eigenlijk niet op dit dunne papier, maar het moet. Als ik lang genoeg wacht tot het echt kurkdroog is, kan ik er weer overheen tekenen. Dat zijn de echte uitdagingen van het schetsen op locatie: je kunt niet even ander papier halen, of een zacht potlood voor de mooi gegroefde stammen van de boom. Je moet het doen met wat je hebt. Fantastisch.